Het Monumentale stoomgemaal bevindt zich op de dijk en markeert de scheiding tussen het dijkniveau en het polderniveau; het oude en het nieuwe land. Het ontwerp voor de nieuwbouw stelt zich ten dienst van de beleving van deze niveaus en benadrukt deze in de verdeelde materialisatie van de gevel. Geïnspireerd op de eenvoudige karren waarmee de arbeiders handmatig de polder ontgonnen heeft het nieuwe volume een sobere vorm en verhoudt het zicht volgens poldertypologie haaks op het water.
Met het inlandse gebaar van de nieuwbouw ontstaat een landschappelijke eenheid tussen oud en nieuw met een vanzelfsprekende routing die in de laaggelegen polder begint, aan de voet van de dijk. Middels een tunnel verbindt de nieuwbouw zich met het oude gemaal. Aan de ene zijde onthult zich de roestige stalen damwand die het water stuit en aan de andere zijde kijkt men uit over de uitgestrekte polder. Bovenop de tunnel is er ruimte voor buiten terras van het bestaande theehuis (de oude opzichterskeet) met zicht rondom. hier wordt het hoogteverschil duidelijk voelbaar. De vormgeving van de nieuwbouw onderstreept het landschap met passende ingetogen tonen en een solide basement die het polderniveau markeert. Vanaf dijkniveau zet de nieuwbouw zich voort in serieel geplooid cortenstaal dat doet denken aan de beweging van water, refereert aan de geoxideerde damwanden en een expressief spel aangaat met het beroemde Hollandse polderlicht.